Programma
Dynamisch onderzoeksprogramma
North Sea Energy is een dynamisch onderzoeksprogramma waarbij een integrale aanpak van het energiesysteem centraal staat. De 40+ publiek-private internationale organisaties richten zich op het gezamenlijk ontwikkelen van nieuwe concepten voor offshore systeemintegratie op de Noordzee. Het programma onderscheidt zich door het participatieve proces, kennisdeling en kennisbemiddeling.
De Noordzee biedt de mogelijkheden voor een integrale realisatie van het toekomstig klimaatneutrale energiesysteem, vanwege:
- Goede geschiktheid voor offshore wind omdat de Noordzee relatief ondiep is en het er (bijna) altijd waait
- Mogelijkheden voor grootschalige ondergrondse CO2 opslag
- De spilfunctie in de energievoorziening van de Noorzeelanden. Eerst met olie- en gasproductie, nu in toenemende mate met hernieuwbare energie
De Noordzee biedt kansen voor grootschalige windenergie en waterstof productie, en ondergrondse CO2-opslag. North Sea Energy kijkt naar de voordelen die de koppelingen van deze energiefuncties biedt. Door de infrastructuur van windenergie, waterstof, CO2 en aardgas aan elkaar te koppelen, besparen we geld en tijd. Daarbij maken we effectief gebruik van ruimte én reduceren we CO2-uitstoot. De Noordzee zal een spil vormen in de realisatie van de Europese energietransitie.
De aanpak
De onderzoeksprojecten binnen het North Sea Energy programma zijn gebaseerd op de volgende vertrekpunten:
- Wind-op-zee wordt aanzienlijk uitgebreid
- Waterstof speelt een belangrijke rol in het toekomstige energiesysteem
- CCS maakt onderdeel uit van het toekomstig energiesysteem
- Gebruik van bestaande strategische gasinfrastructuur
Deze vertrekpunten staan centraal in de werkpakketten 1 t/m 6. De focus ligt op de behoefte aan een geïntegreerde visie. Een routekaart om het enorme potentieel op de Noordzee inzichtelijk te maken is onderdeel van werkpakket 7.
We bekijken de vraagstukken vanuit verschillende perspectieven. Techniek, markt, maatschappij, ecologie, ruimtelijke planning en regelgeving zijn belangrijke invalshoeken. Tegelijkertijd willen we de kosten voor de samenleving en de impact op de natuur beperken. Dit komt tot uiting in werkpakket 7.
Opname van de energiefuncties binnen het programma
Stapsgewijs worden sinds 2017 de verschillende energiefuncties in de onderzoeksprojecten van het programma opgenomen.
- In eerste instantie is gekeken naar de toenemende offshore windactiviteiten, de mogelijke koppeling met de bestaande offshore infrastructuur en de samenhang met de andere Noordzee gebruikers. Zie Energy Altas.
- De eerste studies waren gericht op de toegevoegde waarde van platformelectrificatie (stroomvoorziening van platforms komt van windenergie i.p.v. gas) als eerste stap van systeemintegratie.
- De uitkomsten van die studies, aangevuld met Carbon Capture & Storage (CCS), zijn in een vervolgstudie getoetst in twee demonstratie-locaties (IJmuiden Ver en Hollandse Kust).
- Met de inzichten is in 2019 een verdiepingsslag uitgevoerd op technische, economische, ecologische en maatschappelijke haalbaarheid. De resultaten daarvan zijn uitgewerkt in scenario’s waarin ook de productie en transport van waterstof zijn meegenomen en gepresenteerd in het rapport Unlocking potential of the North Sea.
- Het doel is eind 2022 een routekaart voor offshore systeemintegratie op de Noordzee richting 2050 op te leveren waarin de multidisciplinaire resultaten uit alle fasen van het programma de ingrediënten vormen. Het zal praktische tijdlijnen bevatten om systeemintegratieprojecten te ontwikkelen en te beoordelen of de transitie naar het nieuwe energiesysteem belemmeringen oplevert voor de afstemming van investeringsagenda's op infrastructuurontwikkelingen, en hoe deze op te lossen.
- Het programma kiest drie offshore locaties in de Noordzee die zullen fungeren als energiehubs waarin de verschillende energiefuncties bijeen komen zodat we verdiepingsscenario’s kunnen uitwerken op gebied van techno-economie, ecologie en milieu, logistiek, regelgeving en veiligheid.
- Het ontwikkelen van deze routekaart zal een gezamenlijke inspanning zijn van de partners binnen het consortium en daarbuiten, waarbij co-creatie en delen van kennis centraal staan. In het verlengde hiervan worden actietrajecten ontwikkeld om daadwerkelijk concrete systeemintegratieprojecten / pilots en demonstraties op te leveren als spin-off van deze fase van het programma.